Mening & advies

Vandaag werd ik nog eens gevraagd om advies. En dat is lastig, heel lastig, want ik word veel liever gevraagd om mijn mening. Een mening, dat is immers gemakkelijk. Je moet gewoon in alle eerlijkheid zeggen wat je zelf vindt, liefst goed gefundeerd en rijkelijk geïllustreerd met voorbeelden. Als je dan nog wat structuur in je hele betoog steekt, dan heb je binnen de kortste keren een boel geïnteresseerde toehoorders. De voorbeelden zijn legio, zowel elke goeddraaiende podcast steunt erop.

Advies is nog wat anders. Sinds ik in de hobby zit, erger ik me immers dood aan spelers die mening en advies verwarren. Je kent ze wel, de spelmissionarissen, die elke opportuniteit grijpen om anderen te bekeren tot de hobby, daarbij nooit of te nimmer rekening houdend met de voorkeur, interesse noch smaak van de persoon in kwestie. Sommige mensen spelen niet graag, wat daar de reden ook voor moge zijn. Dat maakt eigenlijk niet uit, want je bent echt niet minder mens als je bord- noch kaartspelletjes speelt. Dat is een recht en dat verdient begrip en respect.

Naast de spelmissionarissen (die zich richten op mensen bekeren), heb je ook de fanatiekelingen die om ter luidst roepen welke spellen zij toch o zo fantastisch vinden. Soms vind ik dat goed, ik hoor graag welke spellen populair zijn en ik waardeer het enorm als mensen me haarfijn kunnen vertellen waarom ze een bepaald spel of mechanisme geweldig vinden. Hoe de radertjes in elkaar passen, hoe de puzzelstukjes in elkaar vallen, dat vind ik interessant. Helaas blijf ik nogal vaak op mijn honger zitten. De reden waarom iemand een bepaald spel ultiem vindt, blijft immers vaak onduidelijk. Ik aanvaard, ik respecteer dat mensen Clank (om gewoon een deckbuilder te noemen) een echte topper vinden, maar ik zie het niet en tot op heden heeft eigenlijk niemand me goed uitgelegd waarom ze dat nu een topper vinden. Dus heb ik het gespeeld, zeg maar uitvoerig getest. Ik moet zeggen, ik zie het niet, ik zie het nog steeds niet.

Het was, toen ik mee de vereniging oprichtte, misschien een van mijn grootste angsten: alweer mensen te moeten trotseren die luid brulden: “je moet dat spelen, dat is geweldig.” De anarchist in mij wordt dan meteen wakker, denkende: “ik moet juist niks,” en de diplomaat in mij antwoordt meteen: “waarom?” Het was deze korte conversatie die mij ooit aanzette om Clank een eerste keer te spelen (ik heb dat spelletje gewonnen, wat thematisch botste in mijn hoofd, want ik heb nooit de oppervlakte gehaald, in tegenstelling tot de anderen). Ik vond er niks aan (mijn mening). Ik begreep niet waarom ik dat moest spelen (hun advies).

Het vraagt dus een stevige portie empathie om iemand advies te geven. Als iemand mij advies vraagt voor (nieuwe) spellen, dan sta ik altijd een beetje huiverachtig. Mijn persoonlijke spellenvoorkeur ligt immers mijlenver verwijderd van de modale voorkeur. Daar kan ik dus niet op terugvallen. Ik moet dus wel kijken naar de typiche kenmerken zoals toegankelijkheid en complexiteit, regeluitleg en speelduur, interactie, tactiek en strategie. Maar het lukt wel, gelukkig maar.

Hetzelfde geldt nog meer voor winkeliers en verkopers. Op beurzen is het eenvoudig: daar heb je enkel en alleen verkopers. Dat zijn mensen die eropuit zijn om zoveel mogelijk te verkopen. Die willen je eigenlijk niet helpen, die geven geen zier om wat je eigenlijk van het spel vindt en die malen er ook niet om als het spel nooit gespeeld wordt. Verkopen, veel verkopen, dat is het doel. Hun geslepen (of juist doorzichtige) verkoopspraatjes doorprikken met af en toe een “waarom” of een “neen”, daar kan ik echt mateloos van genieten. Al had ik op Spiel wel een keertje medelijden met de uiterst sympathieke en gedreven verkoper: Do you like deckbuilding? – No. Do you like coops? – No. Do you like zombies? – No. De arme man wist heel goed dat hij nooit aan mij zou verkopen. Ik heb gelukkig nooit “why” moeten zeggen.

Winkeliers zijn van een andere slag. Die moeten immers ook op lange termijn denken. Zelf vraag ik nooit advies, maar ik ben wel gefascineerd door zulke gesprekken. Een klant die een winkelier om advies vraagt, daar kan ik zo van genieten. Meteen zie je de spieren in winkeliers gezicht vertrekken, zie je haast stoom uit de bovenkamer komen, zich pijnigend aan het dilemma: bouw ik een goede relatie op of ga ik voor de snelle winst? De snelle winst is gekend: een duur spel, bij voorkeur met een grote(re) winstmarge of een grote doos die spijtig genoeg niet verkoopt en dus nodeloos plaats inneemt in winkel of magazijn. Dat werkt, misschien, een keer. De klant ziet hij wellicht nooit meer terug. Een goede relatie opbouwen dan maar? Dan volgt er een leuk gesprek met leuke weetjes “wat speel je nu”, “wat trekt je aan in een spel” en “welke mechanismen ken je al en vind je wel wat”. Dat vind ik interessant. Dan hoor ik een mening, een mening die ik opsla op mijn harde schijf. Zo weet ook ik immers wat mensen spelen, wat ze juist leuk en minder leuk vinden aan spellen en wat de logische volgende stap zou kunnen zijn. Voor een goede winkelier zou ik met plezier een beetje meer betalen voor mijn spellen. Helaas bestaat mijn ideale winkelier niet in spellenland. (In whiskylang gelukkig wel, al is die man, ook gelukkig, inmiddels gestopt.)

Maar goed, ik werd dus gevraagd om advies door een uitgever. En dat is pas moeilijk. Het grootste voordeel is dat die mensen voldoende tijd nemen. Eerst vragen ze je mening, dat is aardig, dat is gemakkelijk. Meteen komt het gesprek op gang, zelfs al vind je het spel in kwestie maar niks. Maar uiteindelijk snij je delicatere zaken aan: is het spel verschillend en/of vernieuwend genoeg, is er een plaats op de markt, is er wel voldoende interesse, welke prijs willen mensen ervoor betalen en -de lastigste van allemaal, hoeveel zouden er van verkocht geraken?

Het was een fijn gesprek, alweer een leuke babbel. Maar ik vind het toch vooral moeilijk. Wordt er door mij een investering gedaan (of net niet)? Komt er door mij een spel wel (of niet) op de Belgische (zelfs Europese) markt? En wat als ik er volledig naast zit? Toegegeven, veel impact op mijn nederige persoontje heeft het allemaal niet, maar ik heb toch liever gelijk.

Laat het duidelijk zijn: ik geef niet graag advies. Wellicht ben ik net daarom zo tevreden met onze spellenvereniging: er moet juist niks en elkeen mag zijn mening hebben. Dat krijg je dus van mij: mijn mening, geen advies.

Bij deze ben je gewaarschuwd!

Leave a Reply